Aan de Drieboomlaan in Hoorn zijn in april de funderingen van enkele 17de-eeuwse buitenhuizen opgegraven. De opgraving vond plaats voorafgaand aan de bouw van nieuwe woningen aan de Drieboomlaan, Merensstraat en Binneblijfstraat in opdracht van Intermaris.
Buitenhuizen
De Drieboomlaan is in 1598 aangelegd als verbinding tussen de Koepoortsweg en de Holenweg. De straatnaam verwijst naar de drie rijen lindebomen die hier werden geplant. Rijke inwoners van de stad kochtten hier percelen grond en beplantten deze met fruitbomen of richtten deze als siertuinen in. In de 17de en 18de eeuw werd het onder de rijke inwoners van de steden mode om in de zomer de stad te ontvluchtten en de frisse buitenlucht op te zoeken. De rijkste mensen lieten een buitenhuis bouwen. Dit was een groot herenhuis met woon- en slaapvertrekken en keuken. Hierbij lagen siertuinen, stallen, koetshuizen en woningen voor dienstpersoneel.
De wat minder rijke inwoners lieten bij hun tuin vlak buiten de stad een eenvoudig huis bouwen. Aan de Drieboomlaan stonden veel van deze kleine buitenhuizen. De tuinen achter de huizen strekten zich uit tot aan een sloot, waaraan theekoepels stonden. In een theekoepel kon men onder genot van een kopje thee, glas wijn of tabakspijp over de landerijen kijken.
Onder de afgebroken huizen aan de Drieboomlaan zijn de funderingen van drie van deze eenvoudige buitenhuizen gevonden. Een van deze huizen was een houten gebouw met een voorraadkelder en meerdere waterkelders. In de waterkelders werd het regenwater van het dak opgevangen. In de 18de eeuw is een nieuw bakstenen huis gebouwd, dat tot ver in de 19de eeuw is blijven staan. Rondom dit huis is veel afval van de bewoners gevonden. Kopjes en schotels hebben behoord bij thee- en koffieserviezen. Scherven van glazen flessen en drinkglazen tonen aan dat in het huis wijn of sterke drank werd genuttigd. Verder zijn scherven van borden en kommen van Chinees porselein gevonden, die als sierstukken in het huis hebben gestaan.
Een 16de-eeuwse boekband
Uit een afvalkuil vlak achter een van de buitenhuizen aan de Drieboomlaan komt een kalfslederen boekband. De voorzijde van de band is beschadigd, maar de achterzijde is nog vrijwel gaaf. Beide zijden van de band zijn voorzien van een fraaie bestempeling. Hiervoor zijn onder andere losse stempeltjes met afbeeldingen van Bijbelse figuren en bijbehorende Bijbelcitaten gebruikt. Op basis van die citaten zijn de figuren thuis te brengen als Christus, Paulus, David en Jesaja. Bij de afbeelding van Christus staat bijvoorbeeld het Latijnse citaat Ego sum lux mun(di), wat betekent ‘Ik ben het licht der wereld’. Vergelijkbare boekbanden dateren uit de periode 1550-1600. Helaas weten we niet bij welk boek de band heeft behoord. Aannemelijk is dat dit de Bijbel was, maar ook een ander religieus werk is mogelijk. Zeker is dat het een dik boek was. Verschillende gaten in het leer geven aan waar de metalen boekbeslagen hebben gezeten, maar die zijn verwijderd voordat de boekband werd weggegooid.