Nieuw: rapport rotonde Aartswoud

19 maart 2025

Archeologisch onderzoek ter hoogte van de rotonde N239 bij Aartswoud in de gemeente Opmeer

In 2021 en 2022 is door Archeologie West-Friesland in opdracht van de Provincie Noord-Holland archeologisch onderzoek uitgevoerd op de locatie van de nieuwe rotonde van de N239 in Aartswoud, gemeente Opmeer. De archeologen hebben sporen van bewoning ontdekt die teruggaan tot de Late Middeleeuwen. De meest opvallende ontdekking zijn de resten van herberg ‘De Rode Leeuw’, die mogelijk al meer dan zes eeuwen lang reizigers verwelkomde. De resultaten zijn vanaf nu te lezen in het eindrapport.

Reis door de tijd: van middeleeuwse bewoning tot een bruisende herberg

Het onderzoek vond plaats voorafgaand aan de aanleg van de rotonde. Al snel werd duidelijk dat de bodem een rijke geschiedenis herbergde. De oudste sporen dateren uit de Late Middeleeuwen (1200-1335), met onder andere een oude waterput en slootstructuren die mogelijk deel uitmaakten van een vroege nederzetting.

In 1335 werd een drastische maatregel genomen; tijdens de Grote Inlaag werd de zeedijk landinwaarts verlegd waardoor 2000 hectare land buitendijks kwam te liggen. Hierdoor kwamen meerdere dorpen geheel of gedeeltelijk op het onbeschermde voorland te liggen.

Binnen het plangebied werden vele vondsten gedaan, waaronder serviesgoed, munten en meerdere bijzondere metalen voorwerpen, die wijzen op de aanwezigheid van een herberg vanaf deze periode.

Herberg ‘De Roode Leeuw’: een rustplaats voor reizigers

Uit deze periode zijn meerdere aanwijzingen gevonden dat op grote schaal veen werd afgegraven, vermoedelijk om de nieuwe dijk aan te leggen. Tegen de dijk aan werd een verhoogd plateau opgeworpen waarop waarschijnlijk de herberg stond. Om deze verhoging heen was een brede sloot aanwezig waar het overgrote deel van de vondsten uit afkomstig is. Vanaf ongeveer 1500 vond een verschuiving plaats. De oude sloot werd gedempt en maakte plaats voor een nieuwe herberg, die later bekend stond als ‘De Roode Leeuw’. Dit gebouw, met vloeren van klei en houten wanden, groeide in de loop der eeuwen uit tot een grotere herberg met stenen uitbreidingen in de 17de, 18de en 19de eeuw. Door het verdwijnen van het voorland en de noodzakelijke dijkversterkingen moest de herberg uiteindelijk naar het zuiden verplaatsen om ruimte te maken voor de bredere dijk.

Lonend en efficiënt onderzoek

Dankzij de goede onderlinge afstemming kon de archeologische opgraving bij de rotonde efficiënt worden uitgevoerd. Het onderzoek heeft waardevolle informatie opgeleverd over de middeleeuwse bewoning van Aartswoud en de invloed van de Grote Inlaag op de infrastructuur en bebouwing ter plaatse. De vondst van de herberg en de sporen die samenhangen met de dijkbouw en dijkversterkingen geven een bijzonder beeld van de dynamiek in dit deel van West-Friesland door de eeuwen heen.