Opgraving aan het Keern
De afgelopen drie weken is aan het Keern in Hoorn een archeologische opgraving verricht door de archeologen van de gemeente Hoorn. Tot voor kort stond hier de garage van de Egel Banden en hier wordt binnenkort het appartementencomplex De Egel door Woonwerf Vastgoed gebouwd. De opgraving heeft bijzondere resultaten opgeleverd die ons veel vertellen over de vroegste geschiedenis van Hoorn. Dit is voor de archeologen volkomen onverwacht.
Het Keern
Het Keern was van oudsher een toegangsweg naar de stad Hoorn. Deze weg leidde naar de Noorderpoort, een van de stadspoorten van Hoorn, en vervolgens in rechte lijn via het Kleine Noord en Grote Noord naar de Roode Steen. Het Keern was tevens een binnendijk tussen de Oosterpolder en de Westerpolder. Bij een dijkdoorbraak van de zeedijk moest het Keern voorkomen dat al het land rond Hoorn onder water kwam te staan.
Over de bewoning aan het Keern weten we weinig. Op een oude kaart is te zien dat hier in 1560 een rij huizen stond. Ook is bekend dat in 1445 een leprozenhuis is gebouwd, bestemd voor lepralijders in onder te brengen. Deze stond direct ten zuiden van de Provincialeweg. De opgraving vindt plaats ten noorden van de Provincialeweg. Voordat deze autoweg is aangelegd, was hier ook al een weg: de Berkhouterweg.
De oudste vondsten
De oudste vondsten van de opgraving dateren uit de 13de eeuw, mogelijk nog voordat het Keern als dijkje was aangelegd. Er zijn aanwijzingen dat hier toen een boerderij op het veen stond. Dat wordt komende week nog verder onderzocht. Na aanleg van het Keern ergens in de 13de eeuw is het gebied herverkaveld. Langs het Keern werd een sloot gegraven en haaks daarop sloten naar het achterterrein.
Een lint van huisterpjes
Rond 1275 veranderde de situatie drastisch. Men dempte de sloot langs het Keern en bracht hier een dik pakket veen- en kleiplaggen op. Hierop verscheen een rij huizen. Van die huizen zijn bij de opgraving resten teruggevonden, zoals haardplaatsen. Een haardplaats is een centrale plek in het huis waar een haardvuur brandde. Dit was de verwarming en de plek om eten te koken. De huizen waren volledig gemaakt van hout, vlechtwerk en leem en hadden rieten daken. Na sloop blijft hier weinig van over in de bodem.
Dampten
Waarom bouwde men hier rond 1275 huizen? Het Keern was geen dorpslint en het is ongebruikelijk dat in deze tijd buiten de linten werd gebouwd. Precies in diezelfde tijd ontstond Hoorn rondom de Roode Steen. Bij opgravingen rond dit centrale plein dateren de oudste huizen ook rond 1275. Het idee is dat een oudere plaats Dampten in zee is verdwenen en dat de bewoners gedwongen waren nieuwe dijken aan te leggen en hun huizen landinwaarts te verplaatsen. Een deel van de bewoners vestigde zich op de plek waar een binnendijkje bij de zeedijk uitkwam. Deze nieuwe handelsplaats kreeg de naam Hoorn. Vestigden andere bewoners zich aan het Keern? Nog zeer lang zou dit gebied de naam Dampten dragen.
Van deze bewoners is bij de opgraving veel afval gevonden. De meeste vondsten zijn scherven van eenvoudige kookpotten, maar er zijn ook scherven bij voor in die tijd luxueus aardewerk. Dat soort aardewerk wordt in dorpen zelden gevonden.
Een unieke vondst
Bij de opgraving is een zeer verrassende vondst: een koperen spitsovaal zegelstempel uit de 13de eeuw. Op het stempel staat een schip en de naam van een persoon. Momenteel wordt de vondst in het restauratieatelier behandeld. Pas daarna kan precies worden verteld wat erop staat. Zegelstempels uit deze tijd zijn zeer zeldzaam. Uit Noord-Holland zijn er maar een paar bekend. Ze werden gebruikt door de elite, vooral geestelijken maar ook belangrijke burgers. Aangezien op het stempel een schip staat afgebeeld, moet het afkomstig zijn van een handelaar die zijn waar per schip verhandelde. Uit deze tijd hebben we nagenoeg geen schriftelijke bronnen. Van de elite weten we daarom zo goed als niets. De vondst is daarom van groot belang voor ons beeld van 13de-eeuws West-Friesland.
Herberg en wagenmakerij
Vanaf 1275 is het terrein continu bebouwd gebleven. Eeuwenlang bleven dit eenvoudige houten huizen met soms een stal voor een paar koeien. De archeologen spreken dan van langhuizen. Vanaf de 17de eeuw kregen deze bakstenen funderingen. Achter de huizen werden bakstenen waterputten gemaakt, waarvan er bij de opgraving twee zijn ontdekt. Een van deze putten was gefundeerd op een houten karrenwiel. Op de hoek van het Keern en de Berkhouterweg, waar nu de auto’s over de Provincialeweg rijden, verscheen herberg Het Paardebit.
Achter een van de huizen stond in 1924 een wagenmakerij. Het oude huis aan het Keern werd een winkel en bleef tot 1968 staan. Er volgde talloze verbouwingen en nieuwbouw. Uiteindelijk werd dit garage de Egel Banden.
Op 23 september is in het Noordhollands Dagblad een artikel verschenen over het archeologisch onderzoek in twee delen. Lees de artikelen via onderstaande links: