Bethlehem
Het verdwenen klooster Bethlehem (1475-1572) aan de Bangert in Westerblokker spreekt tot de verbeelding. Het wordt genoemd in de diverse kronieken van de stad Hoorn, maar er staat geen steen meer van overeind. Tot voor kort stonden ter plekke tuinbouwkassen en herinnerde niets meer aan het klooster dat hier ooit moet hebben gestaan. Sinds 2003 is hier dankzij archeologisch onderzoek verandering in gekomen. Vanwege de geplande nieuwbouwwijk Bangert-Oosterpolder is een groot deel van het voormalige kloosterterrein opgegraven. De resultaten waren boven verwachting: kloostergebouwen, een ommuring, bruggen, waterputten en zelfs een kerkhof kwamen tevoorschijn. Na afloop van het laatste archeologische onderzoek in 2008 is door de kloosterwerkgroep in Blokker een monument voor het klooster aan de Bangert gerealiseerd. Tevens zijn de gevonden menselijke skeletten in een graftombe bij de Nederlands-hervormde Kerk van Blokker herbegraven. Op de tombe is een fraai beeld van een knielende zuster geplaatst. Het klooster is uit de vergetelheid gehaald en maakt voor altijd onderdeel uit van de historie van dit dorp.
De archeologische resultaten vormden de aanleiding voor een onderzoek naar de geschiedenis van dit klooster. De spaarzame vermeldingen in de kronieken en de weinige archiefstukken waarin Bethlehem wordt genoemd, deden vermoeden dat niet veel meer over dit klooster viel te achterhalen. Het tegendeel blijkt het geval. Dankzij een bewaard gebleven statutenboek, dat zich tegenwoordig in de collectie van het Keble College in Oxford bevindt, krijgen we een beeld van de organisatie van het klooster. Bethlehem neemt een bijzondere positie binnen het laatmiddeleeuwse kloosterlandschap in en geeft ons een kijk op het kloosterleven in die tijd. De geschiedenis en archeologie van Bethlehem staan uitgebreid beschreven in het boek ‘Bethlehem in de Bangert’ dat in 2015 is verschenen.
Een bijzonder geval
Bethlehem neemt een bijzondere positie binnen het laatmiddeleeuwse kloosterlandschap in. Het kwam tot stand (in 1475) op een moment dat de grote stichtingsgolf van kloosters in de steden voorbij was. Deze nieuwe stichting volgde een geheel eigen formule: het nam de regel van Augustinus aan en schaarde zich onder de Orde van het Heilig Kruis. Deze orde kende sinds 1462 een vestiging in Hoorn: klooster St. Pietersdal. Aanvankelijk hadden de kruisbroeders alleen het toezicht over het vrouwenklooster. Op zeker moment namen ze ook het biechtvaderschap op zich en de kruisbroedersorde liet in 1537 een volledig nieuw statutenboek op basis hun eigen statuten maken. De geschiedenis van Bethlehem maakt duidelijk dat omstreeks 1500 met de juiste formule nog altijd ruimte was voor nieuwe stichtingen van kloosters.
Het statutenboek
In de collectie van het Kebble College in Oxford bevindt zich het statutenboek van Bethlehem uit 1537. Hierin staan naast alle regels waaraan de zusters zich moesten houden, ook de namen van zusters, biechtvaders en weldoeners genoteerd. Statutenboeken zijn van weinig kloosters bewaard gebleven. De aantekeningen in het boek maken het tot een zeer bijzondere bron. We krijgen een goed beeld van het religieuze leven in het klooster en op welke wijze de kruisbroeders vorm gaven aan een vrouwenklooster onder hun hoede. In de publicatie is een volledige transcriptie van het statutenboek opgenomen.
De publicatie
In het rijk geïllustreerde boek ‘Bethlehem in de Bangert’ wordt een zo compleet mogelijk beeld van deze religieuze gemeenschap geschetst. Aan de hand van het statutenboek wordt het religieuze leven gereconstrueerd. De resultaten van de opgravingen worden uitgebreid besproken. De kloostergebouwen lagen gegroepeerd rondom een kloosterhof. Aan de Bangert stond de kapel, zodat mensen die de mis wilden bijwonen vanaf de weg eenvoudig binnen konden komen. Binnen het kloosterhof lag een kerkhof, waar zusters en weldoeners werden begraven. Op het achterterrein stonden bijgebouwen en een brouwhuis. Het klooster had een boomgaard en een kruidentuin. Rond 1550 bouwde men een ommuring rondom het gehele complex, waarvan een poortgebouw met brug onderdeel uitmaakte. Op het terrein waren sloten voor de afwatering, latrines en afvalkuilen, waarin zeer veel vondsten zijn gedaan. Vele honderden kookpotten, bakpannen, eetkommen en drinkkannen zijn aangetroffen. Speciale aandacht gaat in het boek uit naar de aardewerken heiligenbeeldjes, waarvan er veel in dit klooster aanwezig waren. Het verdwenen klooster Bethlehem, waarover zo weinig bekend was, heeft een plek in de geschiedschrijving gekregen.
In de volgende literatuur is meer te lezen over dit project:
Schrickx, C.P., 2015: Bethlehem in de Bangert. Een historische en archeologische studie naar de ontwikkeling van een vrouwenklooster onder de Orde van het Heilig Kruis in het buitengebied van Hoorn (1475-1572).
Schrickx, C.P., 2015: ‘Bidden en werken in de stilte van de Bangert, het plattelandsklooster Betlehem onder de kruisbroeders’, Kwartaalblad Vereniging Oud Hoorn 2015/3, 112-118.
Schrickx, C.P., 2009: Vrome vrouwen in Blokkers Bethlehem. Archeologisch en historisch onderzoek naar het zusterklooster Bethlehem (1475-1573) in de Bangert en Oosterpolder, gemeente Hoorn.
Berg, G.T.C., 2008: Het buitenklooster Bethlehem aan de Bangert in Blokker. Archeologisch onderzoek naar het laatmiddeleeuwse klooster Bethlehem (1475-1573) in het buitengebied van Hoorn. Deel 1 Sporen en structuren. Hoornse Archeologische Rapporten 6.
Schrickx, C.P., 2008: Het buitenklooster Bethlehem aan de Bangert in Blokker. Archeologisch onderzoek naar het laatmiddeleeuwse klooster Bethlehem (1475-1573) in het buitengebied van Hoorn. Deel 2 Het vondstmateriaal. Hoornse Archeologische Rapporten 7.
Dijk, J. van, B. Beerenhout, C.P. Schrickx en A.L. de Sitter-Homans, 2008: Het buitenklooster Bethlehem aan de Bangert in Blokker. Archeologisch onderzoek naar het laatmiddeleeuwse klooster Bethlehem (1475-1573) in het buitengebied van Hoorn. Deel 3 Het ecologisch materiaal. Hoornse Archeologische Rapporten 8.