2017 | Blokker | Hoorn

In september 2017 is opnieuw een deel van het kloosterterrein van Bethlehem (1475-1572) aan de Bangert in Blokker onderzocht. Op de belendende percelen hebben in de winter van 2005/2006 en in 2008 enkele grote opgravingen plaatsgevonden. Hierbij gingen hectares grond, waar voorheen fruitbomen en -kassen stonden, letterlijk op de schop. De reden voor deze grootschalige opgravingen was de nieuwbouwwijk Bangert-Oosterpolder, maar ter plekke van het voormalige kloosterterrein is deze nog altijd niet gerealiseerd. De komende jaren wordt ook dit deel van de nieuwbouwwijk ontwikkeld. Bijzonder is dat nu, bijna 10 jaar na de laatste opgraving, opnieuw een deel van dit kloosterterrein in opdracht van de Gemeente Hoorn is onderzocht. Op perceel Bangert 40 stonden tot voor kort nog een kleine stolpboerderij met daarachter kassen. Het volledige perceel is opgekocht door de Gemeente Hoorn en de bebouwing is gesloopt. Het perceel met een oppervlakte van meer dan 3.600 m2 is vlakdekkend opgegraven.

Bethlehem was een vrouwenklooster dat tussen 1475 en 1572 bestond. Het had nauwe banden met het kruisbroedersklooster Pietersdal in Hoorn. Gedurende lange tijd stond een kruisbroeder aan het hoofd van Bethlehem en de kloosterregels waren sinds 1537 aan die van de kruisbroeders ontleend. Het was een belangrijk klooster in deze omgeving waaraan veel vrome burgers goederen of geld schonken. In 1572, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, kwam een einde aan dit klooster, waarna het kloosterterrein veranderde in fruitboomgaarden.
Bij de opgravingen van 2005/2006 en 2008 kwamen de sporen van gebouwen, een ommuring, een poortgebouw, bruggen, het kerkhof, gedempte sloten, afvalkuilen en waterputten aan het licht. De kloosterplattegrond kon hierdoor grotendeels worden gereconstrueerd. Een lege zone op deze kaart vormde het westelijke deel van het terrein en die is nu dankzij de opgraving van 2017 alsnog ingevuld.

Over een grote lengte is een spoor met afbraakpuin van het klooster aangetroffen. Deze geeft de locatie van de kloosterommuring aan. Tussen het puin bevinden zich veel geprofileerde bakstenen, brokken zandsteen en plavuizen, die een aanvulling op de vondsten van de eerder uitgevoerde opgravingen vormen. Ter hoogte van een dwarssloot, die als restant van een kleine insteekhaven wordt geïnterpreteerd, bevond zich een waterpoort in de ommuring. Ter plekke is een slietenfundering en veel afbraakpuin gevonden. Zowel buiten als binnen de ommuring lagen twee gedempte sloten, met her en der kleine dwarssloten en smalle dammen in de sloten. Deze verdeelden het lange perceel in smalle stroken, waarop waarschijnlijk al in de tijd van het klooster fruitbomen stonden. Op het perceel is één afvalkuil van het klooster gevonden, met onder andere grapes, bakpannen en eetkommen van de zusters.
Net als bij de vorige opgravingen zijn fragmenten van pijpaarden heiligenbeeldjes gevonden. Bijzonder is verder een kleine hanger met op de ene kant Maria en op de andere kant St. Christophorus.


Deze tekst is geschreven door Christiaan Schrickx en eerder gepubliceerd in de Kroniek van Noord-Holland over 2017. In het rapport zijn de laatste resultaten en conclusies te lezen.

Download rapport Download bijlagen