526 vierkant
2022 | Zwaag | Hoorn

Een stolpboerderij uit 1897 op een oude huisterp in Zwaag

Dieuwertje Duijn

 

Op dit perceel aan het oude dorpslint in Zwaag stond aan de zuidzijde een grote stolpboerderij met dubbel vierkant. De boerderij, een gemeentelijk monument, verkeerde in zeer slechte staat en is daarom grotendeels afgebroken. Het vierkant is ingepakt en de voorgevel is gestut. Het is de bedoeling dat de stolp herbouwd wordt in de oude vorm. Bij het maken van een nieuwe fundering zal de bodem worden geroerd en daarom is een archeologisch onderzoek uitgevoerd.

De stolp is in 1898 gebouwd in opdracht van Alida Visser van Hazerswoude (1852-1912). Zij woonde op het nog bestaande landgoed Bosbeek in Heemstede en verpachtte de stolpboerderij in Zwaag aan een boer. Voor de bouw in 1898 heeft zij waarschijnlijk haar vaste architect een ontwerp laten maken, want in het gebouw zijn Zuid-Hollandse invloeden te vinden die normaal gesproken niet voorkomen in stolpboerderijen. Het houtskelet, het vierkant genaamd, was bijvoorbeeld uitgevoerd met langsgebinten in plaats van dwarsgebinten. Hiernaast had de stolp een Hollandse stal, een staltype dat gangbaar was in Zuid-Holland. Stolpboerderijen hebben normaal gesproken een Friese stal.

Uit oude kadasterkaarten blijkt dat vóór 1898 ook een stolpboerderij op het perceel stond. Deze stolp is vermoedelijk in de vroege 17de eeuw gebouwd. Van het gebouw is weinig teruggevonden: enkele regenwaterkelders, wat stukjes fundering en een bestrating achter de boerderij. In de funderingen van de stolp uit 1898 zijn veel 17de-eeuwse bakstenen verwerkt en het is goed mogelijk dat zij afkomstig zijn van de oudere boerderij. Dit zou verklaren waarom van de funderingen uit de 17de eeuw weinig is gevonden: men heeft bij de sloop de oude bakstenen verzameld, waaronder ook de stenen van de funderingen.

Bijzonder is een stort van wandtegels die waarschijnlijk uit de oudste stolp afkomstig zijn. Het gaat met name om zogenaamde stertulpen met kwartrozetten uit de periode 1610-1640. De wandtegels zijn voorafgaand aan de nieuwbouw in 1898 gestort. Opvallend is dat op de voorzijde van de tegels groene verf aanwezig is. Blijkbaar zijn de 17de-eeuwse wandtegels op zeker moment overgeschilderd, vermoedelijk omdat zij deels waren beschadigd en bovendien niet meer in de mode waren.

Verder kan een gietijzeren haardplaat uit de 17de eeuw worden genoemd met voorstelling van de lente. Het Duitse woord Frühling (lente) is op de plaat aanwezig. De plaat is bij de boerderij uit 1898 gebruikt om de bovenkant van de waterput af te dekken. Vermoedelijk was de haardplaat onderdeel van de haard van de 17de-eeuwse stolp.

De bewoning op het perceel gaat nog verder terug. Een waterput dateert uit de 16de eeuw en hoort mogelijk bij een langhuis. Van dit huis zijn verder geen sporen gevonden. In deze tijd is ook een kuil gegraven en is een sloot gedempt. Uit de Middeleeuwen (12de tot 15de eeuw) dateren een cilindrische kuil die is gebruikt als waterput, een paar gedempte sloten, diverse kuilen en een ophogingspakket van ongeveer 1 meter dik.