Het Keern is een dijkje dat van oudsher een toegangsweg naar de stad Hoorn was. Het vormde de grens tussen de banne Hoorn en de waterstaatkundige banne Dampten. Een banne is de benaming voor een rechtsgebied. Tevens was het de waterstaatkundige grens tussen de Westerpolder, waartoe Dampten behoorde en de Oosterpolder die uit Hoorn, Zwaag en Westerblokker bestond. De oorsprong van het Keern gaat daarmee terug naar de ontginningen in de 12de eeuw.
Dampten heeft in de geschiedschrijving van Hoorn een bijna mythische status. Het dorp Dampten zou ten zuiden van Hoorn hebben gelegen en in de 13de eeuw in zee zijn verdwenen. Het zou kunnen dat het volledige gebied van Hoorn en Dampten oorspronkelijk de naam Dampten droeg.
Voorafgaand aan de opgraving werd aan dit deel van het Keern bewoning vanaf de 15de eeuw verwacht. De oudste vondsten van de opgraving zijn echter een stuk ouder: ze dateren uit de 13de eeuw. Aanwijzingen voor een huisplaats op het niveau van het veen zijn gevonden. Rond 1275 verscheen een rij houten huizen langs het Keern. Hiervan zijn verschillende resten teruggevonden, onder andere haardplaatsen. Deze ontdekking is opvallend omdat het Keern in deze tijd geen dorpslint was.
Een hypothese is dat een deel van de bewoners van het in zee verdwenen plaatsje Dampten hun huizen landinwaarts heeft verplaatst langs het Keern. Een ander deel van de bewoners vestigde zich bij een hoek (horn) in de Omringdijk en daar ontstond de plaats Hoorn. De oudste resten in Hoorn dateren net als hier aan het Keern van rond 1275.
Een unieke vondst die tijdens de opgraving is gedaan betreft een koperen zegelstempel uit de 13de eeuw. Het heeft een spitsovaal stempelvlak en aan de achterzijde een klein draagoog. Op het stempelvlak staat centraal een schip afgebeeld met rondom de randtekst S x DEDRIG VAN STAVRE x. De S staat voor Sigillum, de Latijnse naam voor zegel. Dedrig is een persoonsnaam die in Friese bronnen voorkomt. Waarschijnlijk is de naam afgeleid van Diederik (Diederich), wat weer gelijk staat aan Dirk. Stavre verwijst naar Stavoren, een belangrijke Friese handelsplaats. Een dergelijk zegelstempel is een zeldzaamheid; uit Noord-Holland zijn maar enkele exemplaren bekend. Het voorwerp moet van een belangrijke handelaar afkomstig zijn die zijn waar per schip verkocht. Hij kwam kennelijk uit Stavoren en vestigde zich aan het Keern.
Andere vondsten die samenhangen met de eerste bewoners zijn kogelpotten, scherven hoogversierd aardewerk een benen glis (schaats).
Van de bebouwing uit de 14de-16de eeuw is weinig teruggevonden. In deze periode stonden waarschijnlijk nog altijd eenvoudige houten huizen aan het Keern. In de 17de eeuw hebben we te maken met langhuizen met bakstenen funderingen en mogelijk een stolpboerderij. Van deze bebouwing zijn meer resten teruggevonden, zoals funderingen en een kelder. Op het achterterrein lagen meerdere bakstenen waterputten. Een van deze leverde diverse voorwerpen uit de late 17de eeuw op, waaronder een houten muil met leren voorblad gemaakt van Russisch leer. Op het achterterrein waren diverse sloten aanwezig waarin vooral afval uit de 17de en 18de eeuw is aangetroffen.