Van Hoge Berg tot Marsdiep: de Dag van de Texelse Archeologie 2019
Op zaterdag 12 oktober wordt voor de tweede maal de Dag van de Texelse Archeologie georganiseerd, in het kader van de Nationale Archeologiedagen. U bent dan welkom in de Burghtkerk in Den Burg, waar onderzoekers u op een archeologische markt bijpraten over de laatste vondsten uit de scheepswrakken van de Texelse rede en over gravend onderzoek op het land. Zo wordt de opgraving aan de Koetebuurt in Oosterend voor het eerst toegelicht en onthullen we een bijzondere vondst!
Kijk in een videopresentatie mee onder water met Duikclub Texel en de North Sea Divers of kom meer te weten over de Texelse stolpboerderijen. Bodemvondsten van het eiland liggen uitgestald, waarbij u meer informatie krijgt van de materiaalspecialisten. Zij determineren ook graag uw meegebrachte vondsten. Ook voor kinderen valt er veel te zien en te doen. Zowel voor Texelaars als ‘overkanters’ valt hier een verborgen wereld te ontdekken!
Iedereen is zaterdag 12 oktober welkom in de Burghtkerk (Binnenburg 2, Den Burg) tussen 10.00 en 16.30 uur. Toegang is gratis!
Programma
Rond 10:30 uur is de officiële opening door de burgemeester en wethouder, de aanbieding van het bidbook door Museum Kaap Skil en de onthulling van een bijzondere vondst. Om 12:00 u wordt de website van de Historische Vereniging Texel gelanceerd.
In de kerk zijn informatieve stands van onze deelnemers:
- Duikclub Texel
- Museum Kaap Skil
- De Historische Vereniging Texel
- North Sea Divers
- Rijksdienst van het Cultureel Erfgoed, afdeling maritiem onderzoek
- Heemschut Noord-Holland
- Stolpenstichting
- Periplus Archeomare
- Metaaldetectie
- Prehistorische vondsten
- Archeologie West-Friesland (over het gravend onderzoek)
- Dierlijke botten
- Determinatie van zelf meegebrachte vondsten aan de ‘scherventafel’
- Diverse kinderactiviteiten
De Dag van de Texelse Archeologie is een samenwerking tussen de Gemeente Texel, Museum Kaap Skil, Duikclub Texel, de Historische Vereniging Texel en Archeologie West-Friesland. Bron foto’s: Evalien Weterings.